Ga naar hoofdinhoud
Lettergrootte-+=
Intranet Steun ons Lid worden

Wies (28) woont met haar vriend en zoontje Pepijn in Zutphen. Op dit moment is Wies zwanger van de tweede en is ze werkzaam in de wijkverpleging. Dit doet ze met veel plezier. In haar vrije tijd is ze druk bezig met de verzorging van Pepijn en is ze actief als lid van het Algemeen Bestuur van de Patiëntenvereniging CRPS.

Op haar 18e veranderde haar leven toen ze op de terugreis van school, op de fiets, aangereden werd door een automobilist. Ze kreeg CRPS in haar linkervoet. Ze gaf echter niet op en vond een manier om haar opleiding af te maken en werk te vinden, dat haar aan het hart gaat.

Ongeveer 10 jaar geleden zat ik in het eerste jaar van de opleiding verpleegkunde. De dag was voorbij en ik fietste terug naar huis. Deze dagelijkse fietstocht liep anders. Ik werd aangereden door een auto, die door rood reed, en ik belandde in het ziekenhuis”.

“Dat geneest wel met een paar weken”

“Na het ongeval had ik last van mijn grote teen, zat ik onder de kneuzingen en bleek ik een lichte hersenschudding te hebben. Ik moest voor de zekerheid een nacht blijven ter controle. Mijn teen bleef heel erg opspelen. De arts gaf aan dat deze waarschijnlijk gebroken was, maar dat ze daar niets mee deden. Ik ging dan ook naar huis met de gedachte ‘dat geneest wel met een paar weken’. Niets bleek minder waar”.

“Na ongeveer twee tot drie weken werd de pijn erger. Het dragen van een schoen werd erg pijnlijk. Ik heb toen een afspraak gemaakt bij mijn huisarts. Deze was niet blij, omdat je de grote teen nodig hebt bij het afwikkelen van de voet en hij stuurde mij naar het ziekenhuis om een foto te laten maken. Mijn grote teen bleek op twee plaatsen gebroken te zijn en ik kreeg gips”.

“Na twee weken gips werd er opnieuw een foto gemaakt en bleken de breuken nog niet genezen te zijn. De gipsmeester gaf mij gips tot de knie om de teen volledig rust te geven. Weer twee of drie weken later ging het gips eraf. Mijn voet voelde toen koud aan, er was kleurverschil en de pijn zat inmiddels in mijn hele voet. Mijn huisarts dacht gelijk aan CRPS en nam contact op met de trauma-arts. Mijn trauma-arts heeft uiteindelijk de diagnose gesteld. Dat was ongeveer 3 maanden na het ongeval”.

“Ik kon mijn leven weer oppakken”

“Ik werd door de trauma-arts doorgestuurd naar de anesthesioloog. Deze heeft een blokkade in de rug gezet. Deze werkte niet voldoende en ik kwam bij het revalidatiecentrum terecht. Daar leerde ik om mijn voet te belasten en om weer in beweging te komen. Na enige tijd had ik mijn krukken niet meer nodig en kon ik mijn leven weer oppakken, ondanks de restklachten die ik nog had”.

“Omdat ik in het eerste jaar van de opleiding verpleegkunde geen stage kon lopen ben ik overgestapt naar de opleiding Toegepaste Psychologie. Ik mistte echter de zorgwereld en het contact met mensen. Ik ben toen verhuisd naar Eindhoven om een opleiding te volgen om orthesemaker te worden. In Eindhoven ging het mis. Ik had zoveel meegemaakt en had gewoon niet de tijd genomen om dit te verwerken waardoor ik mentaal vastliep. Ik ben toen teruggegaan naar mijn ouders om te onderzoeken wat ik wilde. Ik begon weer met hardlopen en mensen te ontmoeten. Opnieuw kwam de zorgwereld weer naar boven. Het ging toen weer beter met mij, maar ik vond het eng. Want, wat als…….”.

“Doe het nu maar gewoon”

“Mijn ouders zeiden tegen mij ‘doe het nu maar gewoon, anders weet je het nooit’. Ik ben toen weer begonnen met de opleiding verpleegkunde. In het tweede jaar kwam de CRPS weer terug. Op een dag ben ik gaan schaatsen. Na het schaatsen voelde ik pijn. Ik wist gelijk dat dit niet goed was. Via de huisarts kwam ik op de wachtlijst te staan voor revalidatie. Dit keer een revalidatietraject gericht op het ‘omgaan met’. Er was echter een lange wachtlijst (1,5 jaar). In die tussentijd deed ik pogingen om in beweging te blijven en door te gaan met mijn opleiding. De CRPS werd steeds erger. Mijn andere been begon ook mee te doen en alles werd erg gevoelig. Ook mijn pijnmedicatie werd steeds verder verhoogd. Om alles uit te sluiten heeft mijn huisarts mij naar een neuroloog gestuurd. De neuroloog vond dat er haast gezet moest worden achter het revalidatietraject en heeft ervoor gezorgd dat ik daar sneller terecht kon”.

“Beste les ooit”

“Tijdens het revalidatietraject heb ik veel geleerd. Mijn beste les ooit, is om te luisteren naar mijn lichaam en mij de vraag te stellen ‘wat voel ik nu?’. Dit vond ik lastig. Ik was toen 23 jaar en naar mijn gevoel liep ik achter ten opzichte van mijn vriendinnen. Ik wilde juist door en wilde niet horen dat ik meer moest gaan zitten of liggen… en juist dat was belangrijker dan ooit”.

“Op dit moment gaat het best goed. Ik heb mijn opleiding af kunnen maken en vind het erg leuk om in de wijkverpleging te werken. Ik heb hier bewust voor gekozen omdat ik dan geen 8-uurs diensten hoef te draaien. Ik werk ongeveer 4 uur in de wijk en ga dan naar kantoor om de administratie te doen. Mijn energie is nog wel sterk verminderd. Ik werk daarom ongeveer 20 uur in de week. Ik maak altijd een planning en zorg ervoor dat er voldoende rustmomenten ingepland zijn”.

“Je hebt niet stilgestaan”

“Door de CRPS heb ik een tijd het gevoel gehad dat ik achterliep. Mijn leven verliep niet in een rechte lijn, zoals dat bij mijn vriendinnen wel gebeurde. Dit gaf mij het gevoel dat ik had gefaald. Mijn vader vertelde mij toen dat ik niet heb stilgestaan. Ik heb mij op een andere manier ontwikkeld. Vooral op mentaal vlak ben ik gegroeid. Ik heb geleerd dat het leven doorgaat. Ook als ik mij in bed zou verstoppen. Ik bepaal uiteindelijk zelf wat ik van het leven maak. Natuurlijk heb ik ook momenten waarop ik denk ‘ik ga in bed liggen en zoek het maar uit’…. en dat mag ook. Ik sta mijzelf toe om een slechte dag te hebben. Morgen is er namelijk weer een dag.

Back To Top